ZILVER IN EN ROND BERGEN OP ZOOM
Een prachtig boek met veel afwisseling tussen foto's, illustraties en tekst over zilversmeden in Bergen op Zoom.
Op de voorkant van het boek 'Zilver in en rond Bergen Op Zoom' prijkt een zilveren ram van zilversmid Adriaansz van Ferny of Anthony van Sambeek uit Bergen Op Zoom. De ram is heel gedetailleerd uitgewerkt: de krullen van de vacht, de kop en de klauwende voorpoten in de lucht, terwijl de achterpoten op een zilveren bodem rusten, waarin vegetatie is gegraveerd.
Op de voet is het meesterteken, het stadskeur en de jaarletter afgeslagen. De ram dateert uit 1667/68. Je zou het niet zeggen, maar het geheel is een drinkbeker. Je kunt de kop eraf draaien en de corpus gebruiken om uit te drinken. Het is werkelijk een meesterwerk.
In het boek staan vele voorbeelden van zilveren voorwerpen van in en rond Bergen Op Zoom van verschillende zilversmeden. Als je in de catalogi van het boek kijkt, kun je je hart ophalen aan veel moois. Achter elk voorwerp of object zit wel een verhaal. De voorwerpen variëren van bestek tot koningsschilden, andere schuttersstukken, noodmunten, brillen, weergegeven met prachtige foto's. Soms staan er schilderijen bij om te laten zien hoe, waar en wanneer de objecten gebruikt werden.
In het jaar 1520 waren er zeker zestien zilversmeden werkzaam in Bergen Op Zoom. Bergen Op Zoom was populair door de twee jaarmarkten die elk jaar werden gehouden. Deze markten trokken veel kopers naar de stad. Daar komen we later nog op terug. De oprichting van een gilde kon niet uitblijven. Er waren genoeg zilversmeden. In 1522 nam de heer van Bergen Op Zoom het initiatief tot het oprichten van een gilde. Op 16 september 1522 werd het keur vastgesteld. Het bestuur probeerde ook zilver- en goudsmeden uit andere plaatsen naar Bergen Op Zoom te halen.
In 1526 kocht men in de Sint Antoniusstraa een huis voor de 'neringen en gemeijne meesters van de goudtsmeden bynnen deser Stadt van Berghen.' Het gilde bracht ook regels met zich mee, vervat in achtenveertig artikelen. Daarin stond onder anderen hoe het leertraject voor de opleiding tot meesterzilversmid (vrijmeester) moest worden ingericht.
Ook wanneer men in zijn vak een winkel hield, moest hij lid zijn van het gilde. Zo niet, dan moest hij een boete betalen van 8 oncen zilver.Als een gezel lid wilde worden van het gilde, moest hij eerst het geld van anderhalve mark zilver betalen en aan de deken negen groten Brabants. Voordat iemand een meesterproef mocht afleggen, moest hij eerst drie jaar als leerjongen en daarna minstens twee jaar als gezel hebben gewerkt. Je kwam dus niet zo maar binnen in de zilver- en goudsmeedwereld. Dit bood ook een zekere bescherming aan het vak en aan de vakmensen.
Bergen Op Zoom heeft zeker invloed gehad van de stad Antwerpen. Deze stad was voor Bergen Op Zoom een groot voorbeeld. Bergse edelsmeden hebben veel van hun Antwerpse collega's geleerd. Antwerpen was een koploper. Al in de dertiende eeuw waren daar edelsmeden aan het werk. In de jaren 1455/56 is dat zo gegroeid dat er een apart ambacht kon worden gevormd. In de zestiende eeuw werkten er 113 goud- en zilversmeden. Acht daarvan deden zaken met Bergen Op Zoom.
Vanaf de veertiende eeuw ontwikkelt Bergen Op Zoom zich tot handelsstad. Door de Engelsen werden er in 1327 laken en wol verkocht op de markten in Bergen Op Zoom. Bergen Op Zoom had namelijk het recht op de Paas- en Koudemakrten verkregen. Deze markten sloten heel goed aan op de markten van Antwerpen. Het werd heel aantrekkelijk voor kooplui om in deze bruisende regio van Bergen Op Zoom en Antwerpen te handelen. Veel mensen kwamen vanuit heel West-Europa naar deze twee steden. In de loop van de vijftiende en zestiende eeuw kwamen veel Antwerpenaren naar Bergen Op Zoom, zeker na de Val van Antwerpen (1585). Ook de edelsmeden zagen hun kans om hun verkoopgebied uit te breiden.
Eind vijftiende eeuw was er zo veel vraag en aanbod van goud- en zilverwerk dat men winkels kon gaan openen. En die winkels kwamen er ook, in de vorm van 43 verkoopkramen in een passage die over het terrein tussen het Juweliershuis en het pand 'Het Cleyn Peerdeken' was aangelegd. Juweliers en edelsmeden konden toen een standplaats kopen. Bergse zilversmeden met een standplaats in genoemde markthal konden hier inspiratie opdoen en ervaringen uitwisselen met vakgenoten. En men kon onderling zaken doen. Na de Val van Antwerpen was Bergen Op Zoom een goede plaats die voordelig lag voor edelsmeden.
Het boek 'Zilver in en rond Bergen Op Zoom' geeft een stuk geschiedenis weer met onder anderen biografieën van Bergse en West-Brabantse goud- en zilversmeden met daarbij foto's van bijvoorbeeld huizen, oude advertenties, patenten en zelfs een bericht in een krant, van de heer Wolf die zijn diploma goud- en zilversmid heeft behaald.
Het is een aantrekkelijk boek geworden met veel afwisseling tussen foto's, illustraties en tekst. Het bevat catalogi van voorwerpen die gevonden en gedateerd zijn. Bijzonder is de boedelinventaris van de zilversmid Cornelis Penders (1805-1877). Deze geeft een goed beeld van de handelsvoorraad van een professioneel goudsmid in de negentiende eeuw. Het boek is een perfect naslagwerk voor geïnteresseerden in een stukje geschiedenis van Nederland. Niet alleen vanuit kunsthistorisch perspectief, maar zeker ook vanuit cultuurhistorisch perspectief.
Wie de zilveren voorwerpen wil bekijken in het echt kan dat doen in de Markiezenhof in Bergen Op Zoom. Daar loopt momenteel de tentoonstelling 'Voorbij ijdelheid, zes eeuwen zilver in en rond Bergen Op Zoom.' De tentoonstelling loopt nog door tot en met 29 oktober 2017. Meer info op www.bergenopzilver.nl.
Zilver in en rond Bergen Op Zoom
Jean-Pierre van Rijen en Cees Vanwesenbeeck.
Stichting Bergen op zilver.
ISBN 978-90-73548-14-5
YouTube-filmpje over de expositie in de Markiezenhof