500 BEROEMDE VROUWEN
Elsje van Houweningen, dienstbode van Hugo de Groot die hem hielp
ontsnappen uit slot Loevestein, is als 500e naam toegevoegd aan het
Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland (DVN). Daarmee is het
Vrouwenlexicon op de helft: het uiteindelijke doel is om duizend en één
levensbeschrijvingen op te nemen van vrouwen van naam uit de Nederlandse
geschiedenis van voor 1850.
Het Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland (DVN) is een
samenwerkingsproject van het Instituut voor Nederlandse Geschiedenis
(ING) in Den Haag en het Onderzoeksinstituut voor Geschiedenis en
Cultuur (OGC) van de Universiteit Utrecht. Het lexicon biedt informatie
over de opmerkelijkste vrouwen uit de geschiedenis van Nederland en zijn
overzeese gebiedsdelen van de vroegste tijden tot circa 1850. Het bevat
korte biografische schetsen, archivalia en literatuurverwijzingen over
vrouwen die ooit invloedrijk, beroemd of berucht waren, maar nu meestal
zo goed als vergeten zijn.
Belangrijke toevoegingen van de laatste maanden zijn de schrijfsters
Betje Wolff (1738-1804), Aagje Deken (1741-1804) en Truitje
Bosboom-Toussaint (1812-1886), Maria van Reigersberch (1589?-1653),
echtgenote van Hugo de Groot, Geertje Dircks (1610-1656?), geliefde van
Rembrandt en Sophie, prinses van Oranje-Nassau (1824-1897). In oktober
2009 moet het Vrouwenlexicon klaar zijn.
Zie voor meer levensbeschrijvingen:
www.vrouwenlexicon.nl