DE EERSTE KONING VAN NEDERLAND

Geplaatst op 13 oktober 2020 door Gesponsorde bijdrage
De eerste koning van Nederland
Carel Lodewijk Hansen (1765–1840) 't Raapenburg te Leyden zo als het was 15 January 1807. Wikipedia.nl

Koning Willem I was niet de eerste koning van Nederland (1815 - 1840). Wie dan wel?

Op een koude winterdag in januari 1807 ontplofte in het centrum van Leiden een schip volgeladen met buskruit. De knal was zo hard dat deze tot in Den Haag te horen was. Honderden huizen werden verwoest en er vielen 151 doden en ruim 2.000 gewonden. Een goede ziektekostenverzekering bestond in die tijd nog niet, maar er kwam hulp van de koning.

Lodewijk Bonaparte (1778 - 1846) door Charles Howard Hodges, Bron: Wikipedia.nl

Nadat stadhouder Willem V in 1795 in ballingschap ging in Engeland, startte het tijdperk van de Bataafse Republiek (1795 - 1806). Deze Republiek kwam steeds meer onder de invloed van Frankrijk. Omdat Nederland strategisch lag ten opzichte van aartsvijand Engeland, wenste Napoleon een sterk gezag in de Bataafse Republiek. Hij ontbond in 1806 de Republiek en stichtte het Koninkrijk Holland. Op de troon plaatste hij zijn broer Lodewijk Bonaparte. Goed beschouwd was hij de eerste koning van Nederland. Daar moet wel bij gezegd worden dat het toenmalige Koninkrijk Holland een vazalstaat van Frankrijk was. Hoewel Napoleon Bonaparte hoopte de touwtjes in handen te houden door zijn broer op de Nederlandse troon te plaatsen, bleek deze als koning verrassend genoeg toch een eigen koers te varen.

Hoewel Lodewijk Bonaparte in feite een aan Nederland opgedrongen koning was die de orders van zijn broer in Frankrijk moest opvolgen, deed hij toch zijn best om de sympathie van het volk te winnen. Zo nam hij Nederlandse les en kon hij, weliswaar met een Franse tongval, zich toch enigszins verstaanbaar maken in het Nederlands. Er doet een anekdote de ronde, dat hij zichzelf tijdens een toespraak ‘konijn van Olland’ noemde. Hij reisde alle uithoeken van het land af, hij voerde het eerste Nederlandse Burgerlijk Wetboek ('Wetboek Napoleon, ingerigt voor het Koningrijk Holland') in en zorgde dat religieuze minderheden meer rechten kregen. Daarnaast respecteerde hij de lokale gezaghebbers, door niet alle macht op te eisen. Uiteraard moesten gezaghebbers dan wel zijn bevelen uitvoeren. Lodewijk Bonaparte stond ook aan de basis van het Koninklijk Instituut van Wetenschappen, de Koninklijke Bibliotheek en het Rijksmuseum.

Koning Lodewijk kreeg tijdens zijn regeerperiode met twee nationale rampen te maken. Na het ontploffen van het schip met buskruit, haastte de koning zich naar de rampplek. Hij coördineerde persoonlijk de reddingsoperatie, stelde Paleis Huis ten Bosch open voor gewonden en liet zijn eigen hofartsen opdraven. In 1809 volgde de tweede nationale ramp: een grote overstroming, waarbij nagenoeg de gehele Betuwe onder water kwam te staan. De koning hielp persoonlijk mee om met zandzakken de dijken te versterken. Na deze twee rampen werd de koning door het volk omarmd en werd zijn Franse afkomst hem vergeven.

Omdat Lodewijk volgens zijn broer de Nederlandse belangen boven de Franse belangen stelde, leidde dit regelmatig tot strubbelingen. Zo weigerde Lodewijk om 40.000 dienstplichtige Nederlanders aan zijn broer te leveren voor nieuwe veldtochten. Toen in 1809 het Zeeuwse Walcheren werd overlopen door de Engelsen, was voor Napoleon de maat vol. Onder druk van zijn broer, trad Lodewijk Bonaparte in 1810 af en trok zich voor de rest van zijn leven terug in Italie.

Bericht geplaatst in: artikel