DE BOURGONDISCHE TIJD (1400-1500)

Geplaatst op 22 december 2010 door Folkert Anders
De Bourgondische Tijd (1400-1500)
Hoe werden de Nederlanden in de 15e eeuw een eenheid?

Over de Hertog van Bourgondië,  het Centralistisch Bestuur en de Staten-Generaal. Over Filips de Goede, Karel de Stoute en Maria van Bourgondië. Over de tijd dat De Nederlanden voor het eerst één staatkundige eenheid vormden.


Filips de Stoute

Tussen 1337 en 1453 woedde de Honderd Jarige Oorlog tussen Engeland en Frankrijk. Zoals gebruikelijk in de Middeleeuwen vocht ook de hoge adel mee in de veldslagen. Zo vocht de zoon van de Franse koning Jan II mee. De adellijke jongeman luisterde naar de naam Filips de Stoute. Zijn achternaam komt van het woord ‘stoutmoedig’, oftewel dapper. Voor zijn moedige optreden tijdens zijn gevechten met de Engelsen beloonde de koning zijn zoon met het Hertogdom Bourgondië. Filips kreeg het landsdeel in 1363 in bezit.

De nieuwe Hertog van Bourgondië was de vierde zoon van de Franse koning. Filips was echter ambitieus en wilde meer dan alleen Bourgondië. Hij liet zijn oog vallen op het ernaast gelegen gebied: Franche Comté. De Graaf van dit laatste gebied was echter leenman van de Graaf van Artesië, die op zijn beurt weer leenman was van de Graaf van Vlaanderen.

Filips de Stoute wist een huwelijk te sluiten met de dochter van de Graaf van Vlaanderen. Na de dood van de Graaf van Vlaanderen erfde Filips Vlaanderen, Artesië en Franche Compté. Filips was in een keer erg machtig geworden in de Zuidelijke Nederlanden en in Frankrijk.

Hoewel Filips weinig had met Vlaanderen (hij sprak de taal niet, hij vond het weer minder aangenaam enzovoort) en Artesië, wilde hij toch meer land in het Noorden aan zijn bezittingen toevoegen. In 1404 stierf Filips en zijn zoon, Jan zonder Vrees, regeerde tot 1419. De laatste was zeer actief in de Franse politiek, maar werd vermoord in 1419.


Filips de Goede

Jan zonder Vrees was getrouwd met een dochter van de Hollandse graaf Albrecht van Beieren. Hierdoor erfde Jan Holland, Zeeland en Henegouwen. Na de moord op Jan erfde zijn zoon, Filips de Goede, al zijn bezit. Hierdoor werd Filips erg machtig: hij had een deel van Frankrijk in handen, maar had ook grote gebieden in Nederland. Ook Brabant en Limburg werden via een huwelijk met een neef van Filips de Goede gebonden aan de Nederlanden en aan Filips. Verder breide hij zijn grondgebied uit door Namen en Luxemburg te kopen. Hiernaast was een familielid van Filips de Goede de Bisschop van Utrecht en Overijssel, dat aan Utrecht gebonden was.

Nu was de gehele Benelux één groot gebied onder Filips de Goede. Nu rees de vraag: hoe moest dit grote gebied bestuurd worden? Filips wilde geen leenmannen neerzetten, omdat hij die constructie niet vertrouwde, dus moest er een soort Graaf aan het hoofd komen; een Plaatsvervanger (in oude Nederlands: Stadhouder) zou een goede mogelijkheid zijn; immers dit was een ambtenaar en die kon je ontslaan als je dit wilde.

Nu had de Hertog van Bourgondië zijn gehele rijk af: een deel in Frankrijk en een nog groter deel in het Noorden van het rijk. Daar lag volgens de Hertog het zwaartepunt, dus daar moest ook de hoofdstad komen te liggen. Vooralsnog was dat Dijon, maar deze werd vervangen door Brussel. Op deze manier werd Nederland ‘per toeval’ gesticht.

Probleem met dit grote rijk was dat er grote stukken land lagen tussen het zuidelijke Franse deel en het noorden, zoals bijvoorbeeld Lotharingen. De Hertog van Bourgondië was de baas in alle gebieden van het rijk; de Stadhouder bestuurde het geheel. Samen met onder meer de Rekenmeesters vormden zij het Centralistisch Bestuur. Filips had echter veel geld nodig, onder meer om de strijd tegen Jacoba van Beieren te voeren, het geld terug te verdienen dat hij had verdiend met de koop van Luxemburg en Namen en voor het uitbetalen van salarissen van de stadhouder en ambtenaren. Filips wilde belastingen heffen in de Nederlanden, maar dit was erg complex. Om alles goed te regelen was er één plaats nodig waar bestuurders uit verschillende delen van het rijk bij elkaar kwamen en konden overleggen. Dit overleg moest plaats hebben in een zogenaamde Statenvergadering. De naam die hieraan werd gegeven was de Staten-Generaal. Hierdoor leerde bestuurders van afzonderlijke gebieden elkaar kennen. Filips de Goede wist hierdoor eenheid in het land te brengen, samen met het opzetten van het eerder genoemde Centralistisch  Bestuur.

Het grote voordeel voor Filips was dat het economisch erg goed ging in de Nederlanden. De verschillende onderdelen van de Benelux hadden samen twee en een half miljoen inwoners. Het land was dichtbevolkt. Er waren belangrijke steden, veel industrie en er werd veel geld verdiend met het drijven van handel. Vlaanderen en later Brabant werden rijk door de productie van textiel. Het Graafschap Holland werd een belangrijk gewest tussen 1400 en 1500. Amsterdam, Leiden, Haarlem en Dordrecht waren steden van belang. Bovendien groeiden die steden steeds groter.

Op een gegeven moment groeiden de steden in Holland zo groot dat er op het platteland niet genoeg graan kon worden geproduceerd om de inwoners te voeden. Mensen aten namelijk voornamelijk brood in de Middeleeuwen; verse groenten en fruit was een luxe en vlees bedorf erg snel en was kostbaar. Amsterdam loste dit op door zijn koopvaardijvloot naar de Oostzee te sturen om daar graan te halen. Hierdoor ontstond er een levendige handel in graan.

Vlaanderen had een ander probleem: de wol die voorheen altijd uit het Verenigd Koninkrijk werd gehaald gebruikten de Engelsen nu zelf om textiel te maken. Hierdoor moest Vlaanderen de wol uit Spanje gaan halen, wat extra kosten met zich meebracht, wat weer werd doorberekend in de prijs van het textiel. In het Hollandse Leiden werd ook Laken gemaakt, hoewel het van slechtere kwaliteit was dan die werd geproduceerd in Vlaanderen. Het had echter één groot voordeel: het was goedkoper dan de Vlaamse textiel. Hierdoor bloeide de textielproductie in Holland en kende die in de Vlaamse steden een gestage neergang.

Filips de Goede spendeerde veel geld aan cultuur en cultuuruitingen. Hij was formeel een Hertog, maar hij leefde bijna als een vorst. Filips had veel economische macht en wilde een soort hofcultuur die de competitie kon aangaan met de Franse koning. Hij wilde de beste schrijvers, schilders en beeldhouwers aan zijn hof. Zo wist hij Jan en Hubert Van Eyk aan zich te binden. Beide mannen waren wegberijders van de Renaissance. Filips de Goede bevorderde de ontwikkeling van cultuur in de Nederlanden. Zo organiseerde de man enorme feesten: in een stad waren op zo’n feest honderden ridders aanwezig en werd een banket voor de hele stadsbevolking aangeboden.


Karel de Stoute

Filips de Goede was één van de belangrijkste personen uit de geschiedenis van de Nederlanden. In 1467 overleed de man echter, na bijna 50 jaar aan de macht te zijn geweest. Zijn zoon, Karel de Stoute (1433-1477) erfde al het bezit. Hij werd Hertog van Bourgondië, Brabant, Limburg en Luxemburg en Graaf van Vlaanderen, Artesië, Bourgondië, Henegouwen, Holland, Zeeland en Namen en Heer van Mechelen.

Karel wilde het werk van zijn vader afmaken en van bovenstaand verspreid liggende gebieden één gebied maken. Als het noodzakelijk was wilde De Stoute daarvoor militair geweld gebruiken. Hij begon te vechten om Lotharingen en viel ook de Zwitsers aan. Dit bleek echter een vergissing; door op verschillende fronten strijd te gaan voeren had hij veel geld nodig om de legers te kunnen financieren. Onder meer de Nederlanden moesten dit geld door belastingen opbrengen. De Nederlanden moesten zelfs drie keer zoveel belasting gaan betalen dan onder Filips de Goede.

Sommige delen van De Nederlanden wilden dit geld niet opbrengen, zoals bijvoorbeeld Luik. Karel de Stoute moest hierop een leger sturen naar Luik om hen te dwingen de belastingen te betalen; ook dat koste geld. Alles bij elkaar groeide de financiële schuldenlast Karel boven het hoofd en de oorlogen werden een groot probleem voor de ambities van Karel.

Karel de Stoute sneuvelde op 5 januari 1477 tijdens de Slag bij Nancy. Deze veldslag was  een poging om Nancy op de Lotharingers te veroveren. Na drie dagen zoeken vonden zijn soldaten hem vastgevroren in het ijs. Zijn hoofd was eraf gebeten door wolven.


Maria van Bourgondië

Economisch ging het inmiddels slecht met het rijk waar Bourgondië, Vlaanderen en Holland deel van uitmaakten. Karel het er een zooitje van gemaakt met zijn vele onbetaalbare oorlogen. Hij had geen zoon, maar wel een dochter: Maria van Bourgondië. De Franse koning maakte gebruik van de jeugdige, onervaren Maria en pakte Bourgogne en Franche Compte direct van haar af. Ook wilde hij Nederlandse gebieden inlijven.

Maria riep hierop twee weken na de dood van Karel de Stoute de Staten-Generaal bijeen. Zij wilde geld van de verschillende landsdelen om de Nederlanden te verdedigen tegen de Franse koning. De Staten-Generaal besefte dat Maria machteloos was en dus besloten ze Maria te helpen onder een aantal strikte voorwaarden waardoor zij zelf machtiger werden. Ten eerste eiste de Staten-Generaal dat de gewesten meer autonomie kregen. Ten tweede wilden zij voortaan zelf bepalen wanneer zij bij elkaar kwamen in de Staten-Generaal en niet als het Maria van Bourgondië uitkwam. Ten derde eisten zij dat Maria geen belangrijke besluiten nam over oorlog en vrede zonder de instemming van de Staten-Generaal. Dit alles kwam onder meer voort uit de enorme afkeer die in de Staten-Generaal was gegroeid over het handelen van Karel de Stoute en zijn verspillende oorlogen.

Maria was verbolgen over de houding en de eisen van de Nederlanders, maar ze had geen keus; als ze niet instemde zou ze de Nederlandse bezittingen kwijt zijn geraakt aan de Franse koning. Dit was een keerpunt in de Nederlandse geschiedenis: een dictatoriaal bewind, in de vorm van de Franse koning, werd afgewend en de Staten-Generaal ging praktisch regeren. De Franse koning zag het allemaal gebeuren en besloot niet aan te vallen.

Maria van Bourgondië trouwde vervolgens met Maximilliaan van Oostenrijk. Deze laatste was de zoon van de keizer van Duitsland. Hierdoor kreeg Maria steun van de Duitse keizer tegen de Franse koning. Uit dit huwelijk wordt een zoon geboren: Filips de Schone. Deze bijnaam kreeg hij omdat hij uitzonderlijk knap was. Maria overleed, op 25-jarige leeftijd, aan de gevolgen van een val van haar paard tijdens een valkenjacht in de bossen bij het kasteel van Wijnendale. Haar zoontje was toen drie jaar oud. Maximiliaan werd als gevolg van het overlijden van zijn vrouw regent van de Nederlanden. De inwoners van de Nederlandse landsdelen moesten echter weinig van hem hebben: hij werd gezien als ongewenste vreemdeling. Hierdoor trokken de gewesten meer macht naar zich toe.

In 1493 werd Maximilliaan van Oostenrijk keizer van Duitsland. Met zijn nieuwe macht pakte hij de opstandige gewesten harder aan. Vanaf zijn zestiende jaar bestuurde Filips de Schone vervolgens de gewesten. Deze laatste huwde Johanna van Aragon; een dochter van de koning van Spanje. Uit dit huwelijk werd in 1500 een jongen geboren: Karel V.

Bericht geplaatst in: artikel