HANDELAREN EN AMBACHTSLIEDEN

Geplaatst op 10 december 2021 door Leon Mijderwijk
Handelaren en ambachtslieden
Illustratie uit het Stuttgarter Psalter, tussen 820 en 830 vervaardigd in de abdij van Saint-Germain-des-Prés in Parijs.

'Een kleine groep was rijk. De rest hield het hoofd maar net boven water.'

Terwijl ik nog aan het bijkomen ben van de publicatie van ons gezamenlijke boek De middeleeuwers heeft Luit van der Tuuk alweer twee titels aan zijn publicatielijst toegevoegd. In 2021 verscheen al Katla, De reis naar Dorestad en nu is er Handelaren en ambachtslieden. Deze uitgave beschrijft de economische geschiedenis van de vroege middeleeuwen.
Van der Tuuk verhaalt in vier hoofdstukken over de mensen die de economie draaiende hielden: boeren en vissers; ambachtslieden; handelaren; schippers en scheepsbouwers. Zijn vaste lezersschare herkent ongetwijfeld veel uit eerdere boeken, met name De eerste Gouden Eeuw. Dat is niet toevallig, licht de auteur desgevraagd toe: "Het nieuwe boek is een aangepaste weergave van De eerste Gouden Eeuw, waarin uitweidingen en bijlagen zijn geschrapt en nog meer het menselijke aspect van de economie wordt benadrukt."

Hard en veelzijdig werk
Het imago van de economische geschiedschrijving is er één van statistische gegevens over graanprijzen en golfbewegingen van de conjunctuur. Informatief wellicht, maar geen lust voor de lezer. De auteur beaamt dat: "Cijfermatige gegevens voor de vroege middeleeuwen zijn weliswaar schaars, maar toch nog voldoende om er een boek mee te vullen dat een gemiddeld lezerspubliek zou afschrikken. Ik heb er bewust voor gekozen de mens centraal te plaatsen." Die mensen in de vroege middeleeuwen hadden het over het algemeen niet breed. Zoals ik in het boek schrijf was de economie minimaal, zeker in verhouding met die in het Romeinse Rijk. Het beeld wordt vertekend door het goud dat in Merovingische graven is gevonden en breed wordt uitgemeten in boeken en musea. Dat was echter de rijkdom van een zeer kleine elite, terwijl de bevolking als geheel nauwelijks het hoofd boven water kon houden." Om erin te slagen dat hoofd boven water te houden, moesten de middeleeuwers niet alleen hard werken, maar ook veelzijdig zijn. Boeren deden ook aan nijverheid, handelaren waren ook schippers. Verregaande specialisatie was nog niet aan de orde.

Handelen en hakken
Productie van ambachtelijk werk en handel waren veelal plaatselijke of regionale aangelegenheden. Slechts weinigen waren actief in de langeafstandshandel. Die activiteiten leveren wel de mooiste verhalen op. Een citaat: "Kooplieden die de verre handel dreven, moesten wel avontuurlijk ingesteld zijn. […] Zij konden een schip besturen, maar als het moest ook een bijl of een ander strijdmiddel hanteren." En handel kon zelfs in roof overgaan. Ondanks de risico’s groeide de handelsstroom gestaag. Van der Tuk schrijft: "Expansie van het Frankische Rijk, verbreiding van de mohammedaanse wereld, opkomst van koninkrijken rond de Noordzee, het waren allemaal factoren in een veranderende wereld die het handelsverkeer stimuleerden." De Karolingische vorsten voerden zelfs een gericht economisch beleid, licht Van der Tuuk toe: "Zij reguleerden de handel en het muntwezen met wet- en regelgeving, zoals tolbepalingen en marktrecht. Hun beleid was vooral gericht op controle over het handelsverkeer en niet speciaal om dat te bevorderen."

Een zin is illustratief voor het hedendaagse inzicht in hoe de handel destijds verliep. Ondanks uitgebreid onderzoek van literaire en archeologische bronnen concludeert de auteur bij het vraagstuk waar vreemde kooplieden verbleven in handelsplaatsen eerlijk en simpel: "We weten het niet." Wat wel bekend is over de economische geschiedenis in de vroege middeleeuwen, is in Handelaren en ambachtslieden op een overzichtelijke en toegankelijke wijze opgetekend.

Luit van der Tuuk
Handelaren en ambachtslieden.Een economische geschiedenis van de vroege middeleeuwen
144 pag
Uitgeverij Omniboek
ISBN 978-94-0191-824-4
€ 19,95

Bericht geplaatst in: boekrecensie