Geplaatst op
12 februari 2006
door
Reinard Maarleveld
De formule van de film is eenvoudig. Een mannenstem leest fragmenten uit het dagboek voor. Tegelijkertijd worden
van bioscoopjournaals, partijfilms, prive-opnamen, speelfilms. Een enkele maal worden actuele beelden van historische locaties getoond.
De film geeft geen systematisch overzicht van het leven van Goebbels of het nationaal-socialisme. Wie niet bekend is met de geschiedenis van de Republiek van Weimar en het Derde Rijk zal er niet veel wijzer van worden. Alleen de pijnlijke affaire tussen de Tsjechische actrice Lida Baarova en Goebbels wordt de kijker uitdrukkelijk meegedeeld.
Goebbels komt uit de beelden en dagboekfragmenten naar voren als een “loner”, geminacht door zijn leeftijdgenoten om zijn handicap. Door zijn studie Germanistiek en promotie tot doctor in de filosofie weet hij respect te verwerven. De crisis waarin Duitsland zich na 1918 bevindt maakt hem radicaal, wanhopig op zoek naar oplossingen voor de werkloosheid, de missstanden, de kloof tussen rijk en arm.
Pas in 1925 komt hij onder invloed van Hitler die hij erkent als een groot genie en zijn leider. Voor de andere Nazi-kopstukken is hij bang. Zullen ze hem overvleugelen? Als Gauleiter van Berlijn en belast met propaganda voelt hij zich weggepromoveerd. Pas vanaf februari 1933 gelooft hij in zijn opdracht: met propaganda de ziel van het Duitse volk voor het nationaal-socialisme te winnen.
De keuze van de makers om geen historisch kader aan te brengen bij de kijkers heeft tot gevolg dat het dramatische effect van sommige beelden kan wegvallen. Privé-opnamen van de zes kinderen van Magda en Joseph Goebbels die naar bed worden gebracht en hun ouders welterusten wensen zijn alleen schokkend wanneer de kijker op de hoogte is van de kindermoord in de bunker op 1 mei 1945.
Wie niet weet wie Horst Wessel was, begrijpt niet waarom in de film diens begrafenis vertoond wordt. Wie niet weet dat in juni 1941 de aanval op de Sovjet-Unie plaatsvond, begrijpt niet waarom Goebbels via de radio het Duitse volk toesprak. Wie de stand van zaken aan het front in februari 1943 niet kent weet niet waarom de oproep tot de “totalen Krieg” zo krankzinnig klinkt.
Beslissende momenten uit de geschiedenis van het nationaal-socialisme en het leven van Goebbels worden niet behandeld. Er zit niets in over de Rijksdagbrand, de machtigingswet, de bezetting van het Rijnland, de conferentie van Munchen, de mislukking van de invasie van Engeland, Stalingrad. De holocaust komt slechts zijdelings aan de orde, door Goebbels uitspraken over uitroeiing en vernietiging van “deze parasieten.”
De Nederlandse ondertiteling vertoont hier en daar ernstige tekortkomingen. Zo worden fragmenten getoond uit een fascistische speelfilm over het Romeinse rijk, die Goebbels zag tijdens een bezoek aan Italie. “Römisch” wordt vertaald met “Rooms” in plaats van “Romeins”. Wanneer Rijkspresident von Hindenburg wordt getoond voor het venster tijdens de fakkeloptocht na de machtsovername op 31 januari 1933 en Goebbels het over “der Alte” heeft, verschijnt in de ondertiteling de naam “Adenauer”.
Maar wie bekend is met de hoofdlijnen van de geschiedenis van het nationaal-socialisme zal de soberheid van de makers van Das Goebbels Experiment waarderen. Dagboekfragmenten en beelden versterken elkaar en geven de absurditeit weer van de situatie. Zomerse taferelen (zeilen en zwemmen op de Wannsee) tegenover de fataal verlopende oorlog in Rusland. De pogingen om met nationalistische speelfilms (Ohm Krüger, Kolberg) het moreel van de Duitsers hoog te houden terwijl Amerikaanse en Engelse bommenwerpers Duitse steden in puin gooien.
De Russische beelden van de lijken van de kinderen en het half verkoolde lichaam van Goebbels aan het einde zijn schokkend. Zeker voor wie deze afloop nog niet kende.
regie: Lutz Hachmeister en Michael Kloft
2004, duur 104 min.
Draait in: Filmhuizen (zie www.belbios.nl)